Moestuinieren in de nazomer

Moestuinieren in de nazomer

De nazomer is een drukkte periode voor moestuiniers. Je kunt veel groenten en fruit oogsten, op tropisch warme dagen moet je flink water geven en tegelijkertijd kun je nog van alles zaaien. Ook in je vierkante-meterbak, de kas en op de vensterbank. Dan kun je de komende tijd nog volop smakelijke en gezonde groenten oogsten. Ons tuincentrum in Afferden heeft naast een groot assortiment groentezaden ook pootgoed dat je direct kunt planten.

Oogsten in augustus

Aardappelen, aardbeien, artisjokken, aubergines, bosbessen, bramen, courgettes, kersen, komkommers, kruisbessen, pepers, peterselie, pruimen, rode bieten, rode bessen, snijbonen, tomaten, uien en sjalotten

Groenten zaaien voor een snelle (herfst)oogst

Buiten, in de moestuin, vierkante-meterbak of grote potten:
Meiraap, postelein, rucola, raapsteel, radijs, snijbiet, snijsla, veldsla of baby leaf-sla, spinazie, postelein

In de kas
Meiraap, paksoi, postelein, radijs, rucola, sla

In de vensterbank
Kiemgroenten, zoals alfalfa, basilicumkers, broccoli-kers, Chinese bieslook, mosterdkers, radijskers ‘Daikon’, tuinkers en taugé

Groenten en fruit planten in augustus
Aardbeien, herfstbloemkool, paksoi, winterprei

5 nazomerse moestuintips

  1. Verbeter de vruchtbaarheid van de grond in je moestuin door groenbemesters, zoals gele mosterd, phacelia en winterrogge, op vrijgekomen plekken te zaaien.

  2. Laat je zaailingen (en pootgoed) niet uitdrogen. Geef niet te veel water in één keer, maar verwen ze regelmatig met een mals regenbuitje door een gieter met broeskop te gebruiken. Zo voorkom je dat de zaden wegspoelen of op een klontje bij elkaar terechtkomen, waardoor je veel zult moeten verspenen.

  3. Door natte perioden kunnen ziekten en schimmels ontstaan, zoals aardappelziekte. Verwijder aangetast blad en gooi dit niet op de composthoop maar in de GFT-kliko. Let ook op rupsen die je koolgewassen belagen. Controleer vooral de onderkant van de bladeren en verwijder elke rups die je ziet.

  4. Snoei bramenstruiken, pruimenbomen, lei-peren en lei-appels.

  5. Deel of ruil je oogst met familie, vrienden en/of buren of doneer een deel ervan aan de voedselbank.